Hoe zou Jij Jezelf Voelen Wanneer Je Zonder Honger of JOJO-Effect Je Overtollig (buik)Vet Verbrandt Hebt?
Ik roep het al jaren: doe die weegschaal de deur uit! De weegschaal zegt je niets over je gezondheid en je gewicht. Waarom niet? Omdat je gewicht elke dag verandert, zonder dat je aankomt of afvalt. Hoe dat kan? Omdat je lichaamssamenstelling elke dag weer anders is.
Een goede gezondheid en je dieetvorderingen worden negen van de tien keer helemaal niet gereflecteerd door de weegschaal. Zeker als je meer water drinkt en wellicht ook sport is wat er op die weegschaal staat helemaal niet relevant.
Daarnaast fluctueert elk mens zeker een halve kilo in gewicht – je hebt ongetwijfeld wel gehoord dat je ’s ochtends bijvoorbeeld lichter bent dan ’s avonds. Maar ook je hormoonhuishouding, de mate waarin je lichaam vocht vasthoudt en (voor de vrouwen) op welk moment je in je cyclus zit, zijn allemaal van invloed op je gewicht.
En dit gegeven is nu wetenschappelijk onderbouwd door onderzoekers van de Universiteit van Californië. Margriet heeft dit onderzoek mooi samengevat en je vindt het hieronder.
Onderzoek
Voor hun studie analyseerden onderzoekers van de Universiteit van Californië de gegevens van miljoenen Amerikanen. Zo keken zij naar de relatie tussen hun Body Mass Index (BMI) en risicofactoren zoals bloeddruk, cholesterol en bloedsuikerspiegel. De uitkomst: bijna de helft van de mensen met overgewicht bezat hooguit één van die risicofactoren. Dertig procent was zelfs kerngezond!
BMI: ‘onnauwkeurige graadmeter’
Jessica Gubbels, onderzoeker en docent binnen de onderzoeksgroep Preventie van Obesitas aan Maastricht University, kijkt er niet raar van op. “De BMI is weliswaar heel bruikbaar en makkelijk,” licht ze toe, “maar helaas een onnauwkeurige graadmeter voor de gezondheid. Er wordt alleen maar rekening gehouden met je gewicht, niet met de samenstelling van je lichaam.”
Ik heb gewoon zware spieren!
Bij de BMI wordt er bijvoorbeeld niet gekeken naar hoeveel spieren je hebt, of hoe je bouw is. Gubbels: “Zo kan je gewicht toenemen als je meer gaat sporten, doordat je meer spieren hebt opgebouwd. Je bent dan misschien wat zwaarder, maar ondertussen wél veel gezonder geworden.”
Dikke dijen minder erg dan een buikje
Wie écht iets over haar gezondheid wil weten, pakt daarom het meetlint erbij. “Met je middelomtrek heb je een veel nauwkeuriger indicator voor je gezondheid dan met alleen je BMI. Je middelomtrek zegt namelijk iets over de vetverdeling in je lichaam. En met name vet in en rond je buik is erg ongezond”, weet de overgewichtdeskundige. Verwacht echter geen megaverschillen: meestal geven de BMI en de middelomtrek dezelfde uitkomst. Maar: als dat niet zo is, kun je het best je middelomtrek aanhouden. “Iemand met een peerfiguur is gezonder dan iemand met een appelfiguur,” bevestigt Gubbels.
‘Het loont altijd om af te vallen als je teveel centimeters hebt’
Maar wat als je dan een paar centimeters te veel hebt, ben je dan automatisch ongezonder dan iemand met een gezond gewicht? “Gemiddeld genomen is iedere kilo en centimeter meer een risico voor je gezondheid,” reageert Gubbels. “Als je te zwaar bent heb je een grotere kans op allerlei aandoeningen, van suikerziekte en gewrichtsproblemen, tot hart- en vaatziektes en allerlei vormen van kanker. Dat zijn zeer ernstige gevolgen. Maar dat wil niet zeggen dat je die ziektes ook daadwerkelijk krijgt: het gaat om een verhoogde kans erop.”
Omgedraaid werkt het echter ook zo: iedere centimeter die je afslankt als je overgewicht hebt, draagt bij aan een verlaging van de gezondheidsrisico’s. “Het loont zich dus altijd om af te vallen als je overgewicht hebt,” aldus de overgewichtsdeskundige, “zelfs al zijn het maar een paar kilo’s.”
Op de weegschaal gaan staat geeft dus een vertekend beeld van de daadwerkelijke vooruitgang op het gebied van afvallen.
Hoe kun je dan wel je dieetvorderingen meten? Makkelijk:
Meet het aan je eigen kleding.
Neem een broek die je te krap zat toen je met afvallen begon. Dus dan heb ik het echt over te krap zitten: dat je op het bed moet liggen om de rits dicht te krijgen bijvoorbeeld. Trek deze broek een keer in de week eens aan – als de broek ruimer gaat zitten dan val je dus af.
Hou je lichaamsmaten bij.
Je lichaamsmaten zijn veel geloofwaardiger dan je weegschaal. Meet jezelf voordat je met afvallen begint op: je heupen, je dijen, je buik, je nek, etc. Zelfs als je op de weegschaal geen kilo’s kwijtraakt, val je in de meeste gevallen toch af. De centimeters zullen je de waarheid vertellen.
Hou bij hoe je conditie verandert:
met het gezonder eten en meer bewegen gaat ook je lichamelijke conditie vooruit. Hou voor jezelf bij of je je fitter voelt tijdens een wandeling, of je het langer kunt volhouden. Hou bij of huishoudelijke klusjes je minder moe maken dan voorheen.